Hoe was het 25 jaar geleden…

Het is nu ongeveer 3 graden boven nul en de grond is verzadigd van water. 25 jaar geleden was dat wel anders.Op 14 Februari 1979 waren grote delen van Noord-Nederland veranderd in een poollandschap. Wegen waren onbegaanbaar, dorpen van de buitenwereld afgesloten door sneeuwduinen van soms wel zeven meter hoog.
Het Siberische weer, dat afkomstig was uit Duitsland, kwam onverwacht en was niet voorspeld door het KNMI. Maar bij de rijkspolitie in Groningen vertrouwden ze het niet helemaal. Aan de vooravond waren er afspraken gemaakt met de meldkamer. Mocht het weer uit de hand lopen, dan kon er snel extra personeel worden opgeroepen.
Dat gebeurde woensdagmorgen om vijf uur. Toen rinkelden de eerste telefoontjes van ongeruste Groningers die deur niet uitkonden. Om acht uur werd op het provinciehuis geconstateerd dat grote delen van de provincie onbegaanbaar waren. Er kwam een crisiscentrum, waarvan het kabinet van de commissaris van de koningin het belangrijkste aanspreekpunt was. Vandaar liepen lijntjes naar alle gemeenten, de politie en hulpverleners.
Om twaalf uur wordt geconcludeerd dat de situatie hopeloos is. Met het bestaande materieel is het niet mogelijk de wegen vrij te maken. De regionale militaire commandant wordt gevraagd bij te springen.
In de loop van de dag verergeren de problemen, vooral in de Veenkolonin, Noord-Groningen en Zuidoost-Drenthe. Het verkeer zit muurvast, bus- en treinverbindingen vallen uit. Wanhopige patinten kunnen het ziekenhuis niet bereiken. Winkels worden niet bevoorraad. Soms valt de stroom uit. Dorpen zijn gesoleerd en op zichzelf aangewezen.
Her-en-der moet de politie inzittenden van gestrande auto’s redden. De rijkspolitie sluit een aantal wegen af met hekken om te voorkomen dat automobilisten vastlopen in de sneeuw. Sneeuwploegen zijn dag en nacht in de weer.
Regelrechte ramp
Op donderdag 15 februari constateert het Nieuwsblad van het Noorden in een noodeditie dat de winter uitdraait op een regelrechte ramp. De problemen nemen verder toe na nieuwe sneeuwjachten. Militairen uit Assen, Wezep en Havelte proberen met zwaar materieel de belangrijkste wegen open te houden. Ook helpen ze de NS om treinen vlot te trekken. In winkels wordt nu volop gehamsterd; melk en brood zijn uitverkocht.
Maar in Drenthe lijkt het ergste voorbij. Nog een handjevol dorpen in die provincie is erg moeilijk bereikbaar. Wel is de binnenstad van Assen nog steeds onbegaanbaar. Ook de snelweg tussen Groningen en Assen is onbruikbaar.
Op vrijdag 16 februari blijkt dat er inmiddels drie doden zijn door het noodweer zijn gevallen in Friesland. In Koudum zijn twee ouderen gestikt door koolmonoxidevergiftiging, nadat de schoorsteen was dicht gesneeuwd. In de gemeente Ooststellingwerf bevroor een in de sneeuw vastgelopen autobestuurder. Een dag later viel in Roodeschool een vierde dode, een 30-jarige man die doodgevroren werd gevonden in de sneeuw.
Zaterdag 17 februari bracht premier Van Agt met de ministers Scholten (Defensie) en Tuijnman (Verkeer) een bliksembezoek aan het rampgebied in het Noorden. Hij was onder de indruk van de problemen en beloofde meer hulp. “Geen enkel bedrijf in het Noorden hoeft failliet te gaan.” Diezelfde dag was het noorden van Groningen voor het eerst weer bereikbaar, nadat tankdozers de wegen hadden schoongeveegd.
Dat de situatie weer normaal werd, blijkt ook uit de ruzie die maandag uitbrak over de centen. Iedereen wilde ineens geld zien. Voor verleende assistentie of de geleden schade. De provincies van het rijk, de gemeenten van de provincies en het leger van de provincies en de gemeenten. Ook allerlei bedrijven, middenstanders en boeren poogden hun schade verhalen.
‘Je moest elkaar ’s ochtends groeten door de schoorsteen, zo hoog lag de sneeuw’ De barre winterweek van februari 1979 heeft een onuitwisbare indruk gemaakt op velen die hem in het Noorden hebben meegemaakt. Nog steeds wordt er over gepraat. “Ik hoorde ’s nachts in bed dat het buiten enorm te keer ging. Toen had ik al een bijzonder onrustig gevoel. En dat was niet onterecht. ’s Morgens lag de sneeuw bijna tot het dak. Je moest bij wijze van spreken elkaar door de schoorsteen goedemorgen toewensen,” zegt T. Burgstra uit Stedum. Stedum was die dag van de buitenwereld afgesneden door de ‘witte muur’. “De hoogste sneeuwduin lag net buiten het dorp. Ik heb hem opgemeten: 4 meter en 11 centimeter.” Maar Stedum zat niet bij de pakken neer. “In het dorpscaf werd een cordinatiecentrum ingericht. Er werd een krantje uitgebracht om de inwoners een hart onder de riem steken. En er werd begonnen met het vrijmaken van de toegangswegen naar de boerderijen, want de melk moest weg.” Tank Het leger bood de volgende dag ook zijn diensten aan. Burgstra had er geen hoge dunk van. “Ze hadden inferieur materiaal, het kon zo naar de schroothoop. Ik herinner me dat we ’s avonds bezig waren een boerderij uit te graven. Komt er een tank aan. Ze boden aan een handje te helpen. Maar toen hij de oprit inreed, gleed hij zo in de sloot. Later bevroor de startmotor. Die moest in de snijdende oostenwind bij 15 graden vorst worden vervangen.” Beter bracht een kolossale bulldozer van Elektroschmelzwerk uit Delfzijl het eraf. “Die veegde zonder problemen de hele weg schoon. Er stond midden op de weg een ondergesneeuwde auto. Die werd opgetild met de bak en zo op het trottoir gezet.” De gigant evacueerde ook een aantal ouderen naar het naburige Loppersum omdat de stroom in Stedum was uitgevallen. Metershoog Hoewel de sneeuw ook in Zuidoost-Drenthe op sommige plekken metershoog lag, vielen op de boerderij van de familie Beuving in Odoorn de problemen mee. “Ik vond het wel mooi. We waren die dag aan het slachten, maar we konden alleen met de tractor bij de slager in Valthe komen,” herinnert G. Beuving zich. “We hebben de jongens een dag of drie thuis gehad, ze konden niet bij school komen. De bus reed niet en met de fiets lukte het niet.” Doordat de boerderij vlakbij de rijksweg lag, had de familie geen probleem met de afvoer van de melk. “De weg was vrijgemaakt met bulldozers en shovels.” Hij kijkt positief terug op de gebeurtenissen. “Maar ik ben ook een wintermens, ik heb liever 10 graden vorst dan een dag met 20 graden boven nul. Geef mij maar een halve meter sneeuw en een flinke storm erbij.” |
www.stedum.com