Als je het nog niets wist dan is het nu wel duidelijk: in Stedum wonen we op zware, zware klei. Zaterdagavond stapten we, in strijd met alle negatieve adviezen en gevoelens, in het volledig afgeplakte busje en werden we door Bernard en Evert als gijzelaars gedropt in een doolhof nabij de boerderij van Blikker. Het doel was daar het eerste GPS punt te vinden om van daaruit een tocht te lopen, te hangen, te rollen en te springen op en over de Stedumer akkers en sloten. De boeren schiepen er waarschijnlijk een waar genoegen in om de ploeg lekker diep in te zetten. Met rubberlaarzen, kistjes, bergschoenen (als het maar waterdicht is, was het advies) en warm ingepakt zijn we deze tocht begonnen, niets vermoedend dat deze kwelling 3 ½ uur voor onze groep zou duren. De organisatoren, Jan Afman en Jan-Jurjen Timmer hadden er hun stinkende best op gedaan en lieten niets aan het toeval over. Gelukkig hadden we na ons opstartprobleem (een heel verschil of je 1 of 2 x enter geeft) de prettige telefoonstem van Mirjam op de achtergrond. Ze bleef kalm herhalen wat we vooral wel en niet moesten doen en, zo waar, we bereikten de eerste hindernis, die we zonder natte voeten en kleerscheuren bedwongen. Dit was goed voor ons zelfvertrouwen en de nervositeit nam af tot we de tweede hindernis bereikten. Over 2 wiebelende planken balanceren wetende dat je zomaar onderuit kunt gaan met die dikke, gladde 3 cm kleilaag onder de schoenen.
Als dat zou gebeuren, restte een koud bad in het Stedumer Maar. Het hoofd koel houden en kalm oversteken was het devies. Bewapend met één zaklantaarn en hark vervolgden we de tocht die ons helemaal rond Stedum leidde. Onderweg kwamen we regelmatig de Martin’s tegen (Ypey en Zijlema) om te zien of de motivatie nog aanwezig was. Behalve de lattenbruggen, boomstammen en netten (die net niet strak genoeg) gespannen over slootjes lagen, hadden we ook nog het schrikdraad waar werkelijk overal stroom op stond. Geen koe te vinden, maar wel stroom! Een plagerijtje van de boer. Na bijna twee uur voortploegen kwamen we eindelijk een rustpunt tegen, de Borgstee. Hier konden we ons opwarmen met Glühwein van Harm en Fré. Maar hoe moeilijk gaat dan zo’n tweede helft! De klei werd alsmaar zwaarder, maar goed we gingen nog steeds voor de eerste prijs! Dus veel tijd om stil te staan was er niet. Onze mannen hadden er flink de pas in en waren voor de vrouwen bijna niet bij te houden. Doodop bereikten we één van de laatste hindernissen, die toch nog het laatste stukje kracht in ons naar boven moest halen. Weer over het Stedumer Maar, staande en hangende aan twee strak getrokken touwen in de prettige aanwezigheid van duiker Albert en schipper Jan, die bij noodgevallen de drenkelingen snel naar Stedum zou kunnen varen. We hebben onszelf overtroffen deze avond en zijn met gezwinde spoed naar het café gehaast om (waren we zeker van) die eerste prijs in ontvangst te nemen. Als ware helden we binnengehaald en nog voor we een stoel hadden bemachtigd kregen we een dikke gehaktbal gepresenteerd. Helaas, die eerste prijs was niet voor ons en ook niet de tweede en derde….