Stinissen voor de rechter gedaagd

In een laatste poging Gerard Stinissen en zijn partner mevrouw Westers van het voormalige steenfabriekterrein tussen Winsum en Onderdendam te krijgen, heeft curator Cees van der Maas justitie ingeschakeld. Stinissen en Westers moeten 21 november voor de rechter verschijnen.

Op deze manier poogt Van der Maas geld los te peuteren voor de schuldeisers die gezamenlijk zo’n twee ton tegoed hebben van de in 2002 failliet verklaarde Stinissen. Dat geld zou kunnen loskomen als hij het terrein, waar hij samen met Westers illegaal woont, verkoopt. Keer op keer gingen hij en Westers niet over tot verkoop waardoor het faillissement nog steeds niet is afgewikkeld.

Om dat, vijf jaar na dato, voor elkaar te krijgen, worden Stinissen en Westers voor de rechtbank gedaagd. "Mijn voorganger heeft steeds naar minnelijke oplossingen gezocht. Tevergeefs, waarop hij de handdoek in de ring heeft gegooid. Dan moet het maar op deze manier", zegt Van der Maas.

Hij zegt dat het niet in de lijn der verwachting ligt dat Stinissen en zijn partner meewerken. Dat betekent dat de grond bij executie wordt verkocht, maar dan nog wordt het een hele klus Stinissen en Westers van het terrein te krijgen, zo verwacht de curator. "Gelet op het gewelddadige optreden en de bedreigingen van Stinissen in het verleden wordt het terrein gevorderd. Als zij niet binnen twee maanden na de uitspraak van de rechter zelf het terrein ontruimen en verlaten, worden ze met sterke arm verwijderd", zo legt Van der Maas uit.

Stinissen en Westers waren niet bereikbaar voor commentaar

Dagblad van het noorden