11 december 2024

In de commissievergadering van 10 oktober stond er een flinke kluif op de agenda, de WMO kadernota 2012-2016. Ondanks de saaie titel een inspirerend onderwerp, en ik hoop u dat in dit stuk uit te kunnen leggen. Ik gooi er dan ook maar gelijk een zware term tegenaan.

Wet Maatschappelijke Ondersteuning
De gemeente is voor steeds meer zaken rondom de gezondheid en het welzijn van haar inwoners verantwoordelijk. Het rijk vindt dat de gemeente het beste kan bepalen wat iemand aan hulp en voorzieningennodig heeft, bijvoorbeeld een scootmobiel of een woningaanpassing. Om de belangen van de hulpvragers te waarborgen is er een adviesorgaan bedacht, de WMO Adviesraad, een soort medezeggenschap dus. Deze raad adviseert de gemeente namens de mensen die zorg nodig hebben. Het rijk denkt zo een verantwoorde bezuiniging uit te kunnen voeren. Aan de andere kant kun je je afvragen of alle hulp ook altijd (gesubsidieerd) geleverd moet worden. Dit zijn voorbeelden van kwesties die we in de toekomst moeten kunnen beantwoorden op basis van de in de raad van 31 oktober vast te stellen WMO kadernota.

De vraag achter de vraag
De raadsleden werden in april al goed voorbereid. In een workshop met Appingedam en Delfzijl kon worden gekozen wat voor de inwoners die zorg nodig hebben, de meest wenselijke opstelling van de gemeente was. De conclusie was dat de inwoners niet te afhankelijk van de gemeente moesten zijn, en daarmee bent u het vast eens. De andere kant van deze opstelling, Samenleven binnen een betwerkgemeente, is echter dat u als inwoner wel om een voorziening kan vragen, maar dat wil niet zeggen dat u die ook krijgt. Want er wordt eerst gekeken naar de vraag achter de vraag, en wat er in uw eigen netwerk geregeld kan worden. U bent ten slotte bij voorkeur een actieve, participerende burger, die zelf de regie kan voeren. De gemeente helpt u het probleem op te lossen, door te kijken wat nu het echte probleem is en welke hulp daar dan bij past.
Scootmobiel nodig?
Niet meer claimgericht werken, maar de vraag achter de vraag onderzoeken. In adviesbureau-termen heet dit de kanteling van de WMO. Dit klinkt toch wel een beetje erg abstract, als het om hulp vragende inwoners gaat. In de presentatie van de kadernota werd een concreet voorbeeld genoemd, een aanvraag om een scootmobiel. Wat is nu de vraag achter de vraag? Misschien is de betreffende aanvrager eenzaam, en wil hij zich daarom zo nu en dan verplaatsen. Dan is die scootmobiel misschien niet zo nodig, en kan gezelschap ook anders geregeld worden. Een vrijwilliger die zo nu en dan op bezoek komt bijvoorbeeld of deze persoon kan naar een Steunstee bijeenkomst worden gebracht. Dit voorbeeld werd letterlijk zo door het adviesbureau gepresenteerd, wij fronsten toen toch wel een beetje onze wenkbrauwen.

Het sociale netwerk
Vanuit de gemeentelijke begroting geredeneerd, is deze visie niettemin wel begrijpelijk. Jaarlijks wordt veel geld aan scootmobielen en rolstoelen uitgegeven. Toch krabbelde de raad toe de keuze voorlag ook wel een beetje terug van “de actieve burger, die zich zoveel mogelijk zelf moet redden met behulp van zijn sociale netwerken”. Moet dan alle zorg door vrijwilligers en mantelzorgers worden geleverd? En hoe zorgen we er dan voor dat er genoeg mensen zijn die zich voor anderen inzetten? En als die er niet zijn, hoe werven we die dan?

Beleid klinkt leuk, maar in de praktijk is het vaak een ordinaire geldkwestie. Niet onlogisch natuurlijk, maar van mij mag het dan wel direct over de problemen en de keuzes van een krap budget gaan. Dat spaart dan ook een adviesbureau uit. Gelukkig hebben we die nu wel met drie gemeenten betaald.

Met vriendelijke groet,

Lies Oldenhof

www.stedum.com

Geef een reactie